Anogenitale bevinding
|
Associatie met seksueel misbruik
|
Associatie met seksueel misbruik bij pre puberale meisjes
|
Associatie met seksueel misbruik bij puberale meisjes
|
Differentiaal Diagnose
|
Aanbevelingen
|
Algemeen
|
Afwezigheid van afwijkingen sluit seksueel misbruik niet uit.
Anogenitale afwijkingen kunnen een andere oorzaak hebben dan seksueel misbruik.
De bevindingen moeten altijd in de gehele context worden beoordeeld.
|
Genitaal erytheem/ roodheid/ Inflammatie
|
Niet specifiek voor seksueel misbruik.
|
Studies rapporteren erytheem bij 35% van de seksueel misbruikte pre puberale meisjes en 1 % van de pre puberale meisjes niet-misbruikt.
|
Studies rapporteren erytheem bij 13-32% van de seksueel misbruikte meisjes met peniele vaginale penetratie (<24 uur-2 weken na het misbruik onderzocht).
|
- Trauma
- Huidaandoeningen
- Allergieën
- Reacties op chemicaliën
- Slechte hygiëne
|
Bij vroeg onderzoek (<72 uur na incident) vaker aangetoond.
|
Genitaal oedeem
|
Onvoldoende bewijs.
|
Onvoldoende bewijs.
|
Studies rapporteren genitaal oedeem bij 3-19% van de seksueel misbruikte meisjes met peniele vaginale penetratie (<72 uur na incident na het misbruik onderzocht).
|
- Ontsteking
- Infectie
- Trauma
Ook gerapporteerd als accidenteel letsel (o.a. paalverwonding)
|
Bij vroeg onderzoek (<72 uur na incident) vaker aangetoond.
Ernstig oedeem kan andere afwijkingen maskeren, het kind moet opnieuw onderzocht wanneer het oedeem is verdwenen.
|
Genitale blauwe plekken
|
Seksueel misbruik moet worden overwogen indien er geen sprake is van een ongeval, consensuele seksuele activiteit of andere medische oorzaken.
Deze bevinding is diagnostisch voor trauma.
|
Wordt niet gezien bij pre puberale meisjes waarbij seksueel misbruik of trauma is uitgesloten.
|
Bij puberale meisjes is er beperkt bewijs dat genitale blauwe plekken, bevindingen zijn die passen bij genitaal trauma inclusief seksueel misbruik.
|
- Accidenteel trauma
- Chirurgische ingrepen.
Ook gerapporteerd als accidenteel letsel (o.a. paalverwonding).
|
Bij vroeg onderzoek (<72 uur na incident) vaker aangetoond.
|
Genitale schaafwond
|
Seksueel misbruik moet worden overwogen indien er geen sprake is van een ongeval, consensuele seksuele activiteit of andere medische oorzaken.
Deze bevinding is diagnostisch voor trauma.
|
Wordt niet gezien bij pre puberale meisjes waarbij seksueel misbruik of trauma is uitgesloten.
|
Bij puberale meisjes is er beperkt bewijs dat genitale schaafwonden bevindingen zijn die passen bij genitaal trauma inclusief seksueel misbruik.
|
- Trauma
- Door krabben (bij jeukende huid)
Ook gerapporteerd als accidenteel letsel (o.a. paalverwonding).
|
Bij vroeg onderzoek (<72 uur na incident) vaker aangetoond.
|
Laceratie/ scheurwond van het hymen en overig genitaal weefsel
|
Seksueel misbruik moet sterk vermoed worden indien er geen overtuigende verklaring van accidenteel penetrerend trauma is.
Deze bevinding is diagnostisch voor trauma.
|
Wordt niet gezien bij pre puberale meisjes waarbij seksueel misbruik of trauma is uitgesloten.
|
Bij puberale meisjes is er beperkt bewijs dat genitale laceraties/ scheuren bevindingen zijn die passen bij genitaal trauma inclusief seksueel misbruik.
|
|
Gebruik van juiste terminologie belangrijk. (tabel 7.8 en 7.9 van de Richtlijn).
|
Bepaalde typen geheeld genitaal letsel (transsectie van het hymen, littekens)
|
Transsectie van het hymen
|
Een teken van geheeld trauma.
Er is goed bewijs dat een transsectie van het hymen bij pre puberale meisjes geassocieerd is met seksueel misbruik.
|
Een transsectie van het hymen wordt zeer zelden gezien bij meisjes waarbij seksueel misbruik is uitgesloten.
|
Bewijs uit 6 studies toont aan dat een transsectie van het hymen bij 3-18% van puberale meisjes die vertellen dat vaginale-peniele penetratie heeft plaatsgevonden wordt gezien.
|
Trauma
|
Gebruik van juiste terminologie belangrijk. (tabel 7.8 en 7.9 van de Richtlijn).
|
Littekens
|
Littekens in het genitaal gebied worden niet gezien bij meisjes waarbij seksueel misbruik is uitgesloten.
Beperkt bewijs toont aan dat littekens van het hymen of de fourchette posterior geassocieerd zijn met seksueel misbruik. Echter, recent bewijs uit één multicenter studie suggereert dat letsels van het hymen compleet kunnen helen zonder nalaten van littekenweefsel.
|
Kloof/inkeping (notch) van het hymen
|
Anterieur
|
Een scheur van het hymen kan compleet genezen zonder verlittekening. Er kan ook een transsectie of een inkeping achterblijven.
|
Anterieure inkepingen van het hymen worden beschreven bij pasgeborenen, bij seksueel misbruikte en niet seksueel misbruikte pre puberale meisjes.
|
|
|
De term inkeping, kloof (notch) moet alleen worden gebruikt wanneer het defect van het hymen niet doorloopt tot de basis.
Er worden pogingen ondernomen om te definiëren wanneer er sprake is van een diepe of oppervlakkige inkeping (> of < 50%), maar in de praktijk is dit onmogelijk precies te bepalen.
Bij een fimbriatisch hymen zijn technieken waarbij de plooien van het hymen worden uitgespreid (met wattenstok of Foley katheter) noodzakelijk om inkepingen te kunnen zien.
|
Oppervlakkige posterieure inkepingen
|
Oppervlakkige posterieure inkepingen zijn zowel beschreven bij pre puberale meisjes met een voorgeschiedenis van vaginale penetratie als bij niet seksueel misbruikte pre puberale meisjes.
|
|
|
Diepe inkepingen in de posterieure helft van een niet-fimbriatisch hymen
|
Penetratie letsel moet overwogen worden indien diepe posterieure inkepingen (kloven) duidelijk zichtbaar zijn in 2 verschillende onderzoekposities (rugligging en knie-bortshouding met labiale tractie en gebruik van een wattenstok of katheter om de hymenale anatomie goed te kunnen zien).
|
Er is goed bewijs dat diepe kloven/ inkepingen van het hymen bij pre puberale meisjes geassocieerd zijn met seksueel misbruik.
|
|
|
Knobbel/ bobbel (bumps/ mounds)van het hymen
|
Bobbels en knobbels hebben geen associatie met seksueel misbruik en onderscheiden de misbruikte meisjes niet van de niet-misbruikte meisjes.
|
Knobbels/ bobbels worden gezien bij pasgeborenen, niet seksueel misbruikte en seksueel misbruikte meisjes.
Er is bewijs dat de configuratie van een knobbel/ bobbel niet anders is bij de seksueel misbruikte meisjes en niet-seksueel misbruikte meisjes.
|
|
De positie van het kind en de onderzoekstechniek beïnvloeden het aspect van een bobbel/knobbel (bump/mound).
|
Grootte van de hymenale opening
|
Er is geen associatie met seksueel misbruik en de diameter onderscheidt misbruikte meisjes niet van niet-misbruikte meisjes.
|
Er is substantieel overlap in de spreiding van de dwarse diameter van de hymenale opening tussen bij seksueel misbruikte en niet-seksueel misbruikte meisjes.
|
|
Het meten van de hymenale opening wordt niet aanbevolen.
Termen zoals een ‘gapend’ of ‘wijd openstaand’ hymen zijn subjectief en moeten worden vermeden.
|
Breedte van het hymen (de afstand van de hymenale rand tot aan de basis van het hymen)
|
Penetratief seksueel misbruik moet worden overwogen bij een pre puberaal meisje indien er sprake is van een afwezig of vrijwel afwezig posterieur hymen.
|
De posterieure breedte van het hymen kan niet betrouwbaar worden gemeten. De complete afwezigheid van hymenaal weefsel is niet gerapporteerd bij pasgeborenen of bij pre puberale meisjes waarbij seksueel misbruik is uitgesloten. Er is gebrek aan bewijs voor de betekenis van een ‘smalle’ posterieure breedte van het hymen bij seksueel misbruikte pre puberale meisjes.
|
Er zijn bij puberale meisjes geen studies gevonden betreffende dit onderwerp die aan de inclusiecriteria van de RCPCH voldoen.
|
|
Opmeten van de breedte van het hymen wordt afgeraden.
Een ‘smalle’ breedte van het hymen moet altijd vergezeld gaan van fotodocumentatie en er moet bij worden aangeven of het een gelokaliseerde of gegeneraliseerde ‘smalle’ breedte betreft.
De bevinding van een afwezige of ‘smal’ posterieur hymen moet altijd worden bevestigd in knie-borst houding (bij het pre puberale meisje) en met technieken om het hymen goed te spreiden (puberale meisje).
|
Broosheid
|
Aspecifiek
|
Broosheid discrimineert bij pre puberale meisjes niet tussen seksueel misbruikte (met peniele penetratie) en niet seksueel misbruikte meisjes. Het wordt in de eerste groep bij 4% van de meisjes gezien en bij 1-3% van de niet seksueel misbruikte pre puberale meisjes.
|
Bij puberale meisjes zijn er geen studies die aan de inclusiecriteria van de RCPCH voldoen.
|
|
Clinici moeten goed letten op een predisponerende aandoening van de huid of genitalia waarbij broosheid wordt gezien.
Als de huid splijt of barst tijdens het onderzoek resulterend in licht bloedverlies moet dit worden beoordeeld met meenemen van de medische voorgeschiedenis van het kind en de persoonlijke hygiëne.
|
Labiale fusie
|
Er is onvoldoende bewijs om de significantie van labiale fusie te beoordelen.
Uitgebreide fusie van de labia is ongewoon en rechtvaardigt verder onderzoek omdat het een gevolg kan zijn van trauma van het genitale gebied.
|
Partiële en uitgebreide labiale fusie wordt zowel gezien bij seksueel misbruikte pre puberale meisjes die vaginale penetratie rapporteren (7-17%) als bij niet seksueel misbruikte pre puberale meisjes (7-17%).
|
|
Bij het genezen van scheuren in de fourchette posterior kan fusie van de labia minora optreden.
|
Uitgebreide labiale fusie kan het zicht op het hymen ontnemen, bij een vermoeden van seksueel misbruik kan het nodig zijn een topicale behandeling van de labiale fusie toe te passen om het hymen volledig te kunnen beoordelen.
|
Vaginale afscheiding
|
Wanneer een kind zich herhaaldelijk presenteert met vaginale afscheiding moet er een zorgvuldige anamnese worden afgenomen en een volledig lichamelijk onderzoek inclusief anogenitaal onderzoek plaatsvinden om de mogelijkheid van seksueel misbruik te onderzoeken.
|
Vaginale afscheiding wordt vaker gezien bij seksueel misbruikte pre puberale meisjes (11-15%) dan bij niet seksueel misbruikte pre puberale meisjes (<1-4%). Het wordt vaker gezien bij meisjes die peniele penetratie hebben doorgemaakt dan bij meisjes die andere vormen van seksueel misbruik hebben doorgemaakt.
|
|
|
Hoewel vaginale afscheiding bij meisjes vaak voorkomt is de kweek meestal negatief en is de afscheiding niet klinisch significant.
|
Vaginaal corpus alienum
|
De mogelijkheid van seksueel misbruik moet worden overwogen.
|
Seksueel misbruik wordt gerapporteerd bij pre puberale meisjes die zich presenteerden met een vaginaal corpus alienum. Er is onvoldoende bewijs om de significantie van de aanwezigheid van een vaginaal corpus alienum vast te stellen.
|
|
|
Bij pre puberale meisjes is de aanwezigheid van een corpus alienum in de vagina ongewoon.
|